Tijdens de Tweede Wereldoorlog moesten tienduizenden mensen zich verschuilen om uit handen van de Duitsers te blijven. Onder hen waren verzetsstrijders, weigeraars van werk in Duitsland, maar vooral veel Joodse mensen. Die laatsten werden door de Duitsers vervolgd alleen om het feit dat ze Joods waren.
De mensen die deze onderduikers onderdak boden, namen daarmee een groot risico. Op het verbergen van gezochte personen stonden zware straffen. Toch nam molenaarsweduwe Lena Zonderop dit risico toen ze vanaf de zomer 1942 drie Joodse mensen onderdak bood in haar molen De Vlieger in Voorburg. In deze meer dan vierhonderd jaar oude poldermolen is nog steeds de ruimte te zien, waarin deze Joodse mensen zich tijdens huiszoekingen door de ‘Grüne Polizei’ verborgen hebben gehouden.
De klas wordt ontvangen in de naast de molen gelegen kinderboerderij, waar ze een algemene inleiding krijgen over vervolging en onderduiken in de Tweede Wereldoorlog. Daarnaast maken zij kennis met het toenmalige molenaarsgezin en de onderduikers. Vervolgens gaan de leerlingen naar de molen, waar ze in groepjes verschillende plekken bekijken waar de Joodse onderduikers hebben geleefd en zich verborgen hebben gehouden. Daarbij wordt ook algemene informatie over de functie van een poldermolen en het leven en werk van een poldermolenaar gegeven.
Doelstellingen van de les
De leerlingen verwerven tijdens deze les kennis over vervolging en onderduiken tijdens de Tweede Wereldoorlog. Daarbij worden ze geconfronteerd met de moeilijke keuzes die zowel de onderduikers als hun gastheren of – vrouwen moesten maken in de oorlogssituatie. Daarnaast krijgen ze een beeld van de mogelijkheden die molens boden voor het verbergen van mensen, maar ook van de beperkingen die het leven in een molen voor de onderduikers had. Tenslotte komen ze het een en ander te weten over het werk van de molenaar en de rol van de poldermolen in de waterhuishouding.
*De lessen vinden plaats in maart en april 2025